Slaapwandelen (somnambulisme)

Slaapwandelen (somnambulisme)

Bij slaapwandelen denk je al snel aan het klassieke beeld van iemand die door het huis strompelt met de armen vooruit en de ogen wijd open. De term slaapwandelen wordt ook nog wel eens als grap gebruikt wanneer we ons op het werk moe voelen of geen motivatie hebben. Slaapwandelen is echter een serieuze aandoening en kan flinke gevolgen hebben voor degene die eraan lijdt.

Wat is slaapwandelen?

Somnambulisme is de formele term voor slaapwandelen. Het is een slaapstoornis dat ontstaat tijdens de diepe slaap. Het resultaat is dat de patiënt grotendeels blijft slapen, maar ander complex gedrag uitvoert, zoals lopen. Slaapwandelen komt vaker voor bij kinderen dan bij volwassen. Het komt tevens vaker voor bij mensen waarbij slaapwandelen in de familie zit, personen die slaapgebrek hebben en mensen die vaak ontwaken tijdens de nacht.

Somnambulisme is een slaapstoornis dat bekend staat als een parasomnie. Dit is abnormaal gedrag tijdens het slapen, deze stoornissen treden op tussen slaap en waakzaamheid. Slaapwandelen vindt meestal plaats tijdens de diepe slaap, ook wel de niet-REM (NREM) slaap genoemd.

Slaapexperts denken dat iemand gaat slaapwandelen wanneer deze persoon in diepe slaap is en gedeeltelijk wakker wordt op een manier dat het fysieke activiteit uitlokt. De oorzaken van slaapwandelen kunnen genetisch zijn, maar ook slaaptekort, alcohol en medicatie, slaapapneu, stress en restless leg syndroom kunnen oorzaken zijn van slaapwandelen. Kinderen hebben vaker last van slaapwandelen dan volwassen. Dit kan komen doordat de hersenen van kinderen nog niet geheel ontwikkeld zijn. Oorzaken voor slaapwandelen bij kinderen kunnen zijn; koorts, stress, angst en vermoeidheid.

Wat zijn de symptomen van slaapwandelen?

Er bestaan verschillende symptomen van slaapwandelen waar rondlopen de meest voorkomende, en de meest typerende, van is. Andere symptomen zijn rechtop in bed zitten, onverstaanbaar praten en het ondernemen van dagelijkse activiteiten, zoals aankleden. Vaak lijkt het alsof de persoon wakker is, omdat de ogen geopend zijn. Slaapwandelen kan meerdere keren per nacht voorkomen, maar in de ochtend herinnert de slaapwandelaar zich er meestal niets meer van.

Het slaapwandelen kan een gevaar zijn voor de wandelaar, maar ook voor hun omgeving, omdat ze soms gewelddadig gedrag kunnen vertonen. Slaapwandelen treedt op in de diepe slaap, zo’n 1 tot 3 uur na in slaap te zijn gevallen. Slaapwandelen duurt niet lang, meestal minder dan 10 minuten.

Een persoon kan tijdens het slaapwandelen verwondingen oplopen, andere gevolgen zijn slechte nachtrust en vermoeidheid overdag.

Diagnose en behandeling

In een gesprek met de huisarts kan de diagnose slaapwandelen al snel worden vastgesteld. Hoe en of het slaapwandelen wordt behandeld hangt af van de frequentie, de leeftijd en de ernst. Vaak heeft slaapwandelen geen behandeling nodig, het komt dan weinig voor en de episodes vormen geen gevaar voor patiënt en omgeving.

Patiënten voor wie slaapwandelen wel een gevaar vormt, of voor hun omgeving, kunnen het best in gesprek gaan met een arts. In het gesprek wordt gezocht naar de onderliggende oorzaak van het slaapwandelen. Daarna wordt een behandelplan op maat gemaakt. Een onderdeel van zo’n behandelplan kan ontspannings- en gedragstherapie zijn. Hierdoor kan stress verminderd worden.

Een andere manier van behandeling is geanticipeerd waken. Hierbij wordt de persoon wakker gemaakt vlak voor het moment dat slaapwandelen zich voordoet. Slaapwandelen gebeurt namelijk vaak op hetzelfde tijdstip. Vooral bij kinderen die last hebben van slaapwandelen werkt deze methode erg goed.

Wat kun je zelf doen aan slaapwandelen?

Er zijn een aantal dingen die je zelf kunt doen om slaapwandelen tegen te gaan, of de gevaren te verminderen, zoals:

  • Zorg voor een regelmatig slaappatroon
  • Verminder stress en zorg voor regelmatige ontspanning
  • Gebruik geen drugs, caffeïne of alcohol
  • Berg gevaarlijke voorwerpen op zoals scharen, messen etc.
  • Plaats een hekje voor de trap, sluit ramen en deuren
  • Plaats een sensormat naast het bed
  • Begeleid een slaapwandelaar rustig naar bed
  • Maak een slaapwandelaar niet wakker, deze zou dan angstig of boos kunnen worden.

Links en bronnen

Ervaringen van slaapwandelaars
Kinderneurologie

De inhoud van dit artikel is geverifieerd door:

Dr. Ingrid Verbeek
Dr. Ingrid Verbeek

Somnoloog-slaaptherapeut op het Centrum voor Slaapgeneeskunde Kempenhaeghe en eerste auteur van ‘Slapeloosheid - Beter slapen? Doe het zelf!’ en ‘Behandeling van slapeloosheid’ (verschenen in de reeks protocollen voor de GGZ).

Meer informatie? Kwaliteitscontroles van de artikelen op Slapen.info


Hoe vond je dit artikel? Geef je waardering:
( 12 stemmen, gemiddeld: 2,7 van 5)