Slaapapneu

Slaapapneu

In Nederland zijn er naar schatting 600.000 mensen die last hebben van slaapapneu. Slechts 275.000 mensen worden hiervoor behandeld. Dat betekent dat er zeer veel mensen zijn die last hebben van slaapapneu, maar zich hier niet bewust van zijn. Toch is het van groot belang dat je hiervan op de hoogte bent. Het slaapapneusyndroom kan namelijk ernstige gevolgen voor je gezondheid betekenen.

Wat is slaapapneu?

Bijna ieder mens heeft wel eens een korte ademstilstand tijdens de slaap. Als zo’n ademstilstand meer dan tien seconden duurt, dan spreekt men van een apneu, dat letterlijk ‘geen lucht’ betekent. Wanneer dit vaker dan 15 keer voorkomt per uur, dan is er sprake van een serieuze aandoening: slaapapneu.

Mensen die slaapapneu hebben, stoppen soms tot wel 60 keer per uur met ademen. Zo’n ademstilstand kan in uitzonderlijke gevallen wel twee minuten duren. De patiënt ontwaakt vaak even kort uit zo’n ademstilstand vanwege ademnood en zuurstofgebrek. Het ontwaken gaat vaak gepaard met een luide snurk. Meestal merken slaapapneupatiënten weinig of niets van een slaaponderbreking.

Slaapapneu zorgt ervoor dat de slaapkwaliteit sterk wordt beperkt. Doordat men slechts sporadisch de diepe slaap bereikt, ontstaat een chronisch slaaptekort dat normaal functioneren overdag in de weg kan staan. Op de lange duur kunnen de perioden van zuurstoftekort bovendien voor ernstige problemen bij de organen zorgen.

Wat zijn de symptomen van slaapapneu?

Er bestaan in principe vier typen slaapapneu:

  • Obstructief slaapapneusyndroom - dit is de meest voorkomende vorm, waarbij de ademhaling stokt door vernauwingen van de bovenste luchtwegen. Door de vernauwde luchtweg krijg je niet genoeg lucht meer en zakt het zuurstofniveau in het bloed. De hersenen registreren het onvermogen om te ademen en wekken je om de luchtweg weer te openen.
  • Centraal slaapapneusyndroom - bij deze vorm sturen de hersenen niet de juiste signalen naar de spieren die voor de ademhaling zorgen. Je kunt hierdoor kortademig wakker worden en moeite hebben om in slaap te vallen, of in slaap te blijven.
  • Complex slaapapneusyndroom - dit is de term die gebruikt wordt voor patiënten met obstructieve slaapapneu, die tijdens het starten van CPAP-behandeling centrale apneus ontwikkelen. Dit wordt ook wel treatment-emergent central sleep apnea genoemd.

De eerste twee varianten komen het vaakst voor. Symptomen van beide vormen lijken op elkaar, dus is het vaak moeilijk te bepalen van welk type apneu je last hebt. De meest voorkomende symptomen zijn:

  • Luid snurken
  • Momenten in de slaap waarbij je stopt met ademen
  • Tijdens de slaap naar lucht happen
  • Wakker worden met een droge mond
  • Hoofdpijn in de ochtend
  • Slapeloosheid
  • Overdag zeer slaperig zijn
  • Concentratieproblemen
  • Prikkelbaarheid

Slaapapneu kan gepaard gaan met andere klachten, die per persoon kunnen verschillen. Sommige mensen hebben last van hoge bloeddruk, anderen van een hoog cholesterolgehalte. Hart- en vaatziekten, obesitas, diabetes en vergeetachtigheid komen ook voor. 

Diagnose en behandeling

Om de diagnose vast te stellen van een slaapapneu ga je eerst naar de huisarts. Deze zal aan de hand van symptomen en klachten kunnen bepalen of verder onderzoek gewenst is. De huisarts zal misschien niet snel denken aan een apneu. Een patiënt kan de huisarts hier zelf op attenderen.

De huisarts kan je doorsturen naar een slaapcentrum in het ziekenhuis. Hier werken verschillende artsen die een diagnose kunnen stellen. Meestal wordt een slaaponderzoek uitgevoerd. Dit kan thuis gedaan worden, maar ook in het ziekenhuis. Tijdens de slaap word je verbonden met een kastje dat de ademhaling, het zuurstofniveau en de hersenactiviteit monitort. Aan de hand van dit onderzoek wordt een definitieve diagnose gesteld en een behandeling bepaald.

Er zijn meerdere behandelmethoden voor een slaapapneu. Tot deze methoden behoren een  een mandibulair repositie-apparaat (een MRA; een soort beugel die ervoor zorgt dat de luchtweg verder wordt geopend), een ingreep van een KNO arts, slaappositietrainingen, een maagverkleining of een kaakoperatie. In uitzonderlijke gevallen wordt een tongzenuwstimulator (een soort pacemaker voor de tong) ingezet.

Echter veruit de meeste patiënten met een slaapapneu krijgen een apneu-apparaat (CPAP) aangemeten. Deze luchtpomp houdt de keelholte open. De patiënt gebruikt dit apparaat in de meeste gevallen iedere nacht, voor de rest van zijn of haar leven. Indien de patiënt afvalt, bestaat de mogelijkheid om op den duur weer zonder CPAP-toestel te kunnen slapen.

Wat kun je zelf doen aan slaapapneu?

Zelf kun je op de volgende zaken letten om de gevolgen van slaapapneu te verbeteren:

  • Blijf op gezond gewicht
  • Let op je slaappositie: vermijd de rugligging
  • Yoga kan helpen om beter zuurstof op te nemen
  • Gebruik geen alcohol en rook niet
  • Gebruik een luchtbevochtiger

Links en bronnen

Apneu Vereniging
Apneucentrum Nederland

De inhoud van dit artikel is geverifieerd door:

Prof. dr. Johan Verbraecken
Prof. dr. Johan Verbraecken

Pneumoloog in het Slaapcentrum Universitair Ziekenhuis Antwerpen en auteur van het boek 'Slaap: Het Nieuwe Medicijn'.

https://www.uza.be/slaapcentrum

Meer informatie? Kwaliteitscontroles van de artikelen op Slapen.info


Hoe vond je dit artikel? Geef je waardering:
( 9 stemmen, gemiddeld: 4,6 van 5)